In de emigrantencafetaria op de hoek van Broadway en 86th Street in New York zit de Duitse jood Jakob Bronsky elke nacht aan zijn autobiografische roman De rukker te schrijven. Hij houdt zich in leven met baantjes als hulpkelner en bordenwasser, zijn dagelijks bestaan wordt beheerst door de eeuwige strijd om een warme maaltijd, een
slaapplaats, een buskaartje. Zijn bekentenis, die begint met het motto `Fuck Amerika , is een boosaardige satire op de valse beloften van een leugenachtige maatschappij en een wrange samenvatting van het joodse lot.
Kernachtig en geestig, maar ook met rauwheid schildert Hilsenrath de strijd van zijn autobiografisch getinte held om in het land van de onbegrensde mogelijkheden te overleven.
slaapplaats, een buskaartje. Zijn bekentenis, die begint met het motto `Fuck Amerika , is een boosaardige satire op de valse beloften van een leugenachtige maatschappij en een wrange samenvatting van het joodse lot.
Kernachtig en geestig, maar ook met rauwheid schildert Hilsenrath de strijd van zijn autobiografisch getinte held om in het land van de onbegrensde mogelijkheden te overleven.