Elke dag zijn we wel iemands gast of gastheer. We reizen naar het buitenland, gaan op bezoek bij vrienden of verwelkomen nieuwe medewerkers in onze organisatie. Gastvrijheid is alomtegenwoordig. Tegelijk beleven we volgens sommigen het einde van de gastvrijheid. Door het massatoerisme en de opkomst van de hospitalityindustrie zou de spontane hartelijkheid van weleer vervangen zijn door commerciële berekening, zakelijkheid en voorgeschreven gedragscodes. En bij het ontvangen van migranten laat de politiek zich niet door generositeit leiden maar door veiligheidsoverwegingen. In dit essay gaat Peter Venmans in op deze vraag en plaatst daarbij gastvrijheid in een breed historisch en filosofisch kader: van Homeros tot Faïza Guène, van christelijke caritas tot Japanse omotenashi, van de Gulden Regel tot het asielrecht.