Voor Olivia is het bijna niet te bevatten dat ze eindelijk haar favoriete auteur, Aaron Westhaven, gaat ontmoeten. Al zestien jaar houdt ze zich schuil, al zestien jaar leeft ze in angst, en de boeken van Westhaven zijn haar enige troost. Nu zal hij bij hoge uitzondering - hij leeft als een kluizenaar - een lezing geven aan de universiteit waar ze werkt, en bovendien zal hij bij haar logeren!
Dan krijgt ze een telefoontje van het ziekenhuis: er is een onbekende man gevonden. Hij is neergeschoten en kan zich niets meer herinneren. Het enige wat hij bij zich had, was haar visitekaartje. Zo snel mogelijk vertrekt ze naar het ziekenhuis, en eenmaal daar blijkt dat het kaartje identiek is aan het exemplaar dat ze Westhaven stuurde. Maar is hij wel echt de auteur? Ze weet immers niet hoe hij eruitziet.
Kan Olivia deze man vertrouwen, of is hij iemand anders, iemand die is gestuurd om haar op te sporen? In dat geval moet ze zo snel mogelijk vluchten..