de bende van Godeke Michaels en Claus Stortebeker tegenkomen, de beruchtste piraten van de Westerzee. Gerlof en zijn oom worden als gijzelaars meegenomen en pas losgelaten als Gerlofs vader een flinke som losgeld heeft betaald. Gerlof is diep verontwaardigd – die piraten stelen en misdragen zich maar, zonder dat er iemand ingrijpt.
Zoveel onrecht vraagt om een vergeldingsactie!
Tegen de wil van zijn vader in besluit hij zich aan te sluiten bij de oorlogsvloot die op strafexpeditie gaat om wraak
te nemen op de kapers. De belevenissen van Gerlof worden afgewisseld met het verhaal van Gerlofs zusje Gese. Haar liefde voor de koopman Simon van Utrecht wordt door Pieter Eekhout streng verboden. Gese is echter koppig en weigert zich bij het besluit van haar vader neer te leggen. De Kampense koopman heeft op die manier niet alleen heel wat te stellen met zijn vrijgevochten zoon, maar ook met zijn eigenzinnige oudste dochter.