En een mens zonder gebreken is een heilig monster.
Een ongeloofwaardige god.’
Willem Frederik Hermans is een meer dan bewonderenswaardig auteur. Origineel en
veelzijdig. Een zwarte zon. Schaduwkanten had hij ook.
Marc Schoorl houdt op deze woeste wandeling door het oeuvre een chronologische lijn aan, maar schuwt de zijpaden niet. Hij gidst op persoonlijke wijze door het zwartgallige maar soms o zo hilarische Hermans-land vol wonderen waar de God Denkbaar het leven bestiert.
De teneur van deze kritische hagiografie is duidelijk. Naar Louis Paul Boon: Hermans was ‘Geniaal... maar met te korte beentjes.’ Jazeker. En met te lange tenen. Zijn tekortkomingen kunnen evenwel niet in de schaduw staan van zijn enorme prestaties. Hij stond garant voor ophef en vertier in de vaak zo saaie Nederlandse letteren. En zijn beste boeken behoren tot de top van de wereldliteratuur.
Dit boek is het resultaat van 40 jaar gefascineerd (her)lezen. Een frisse, nieuwe kijk op klassiek werk. Schoorl besteedt ook aandacht aan de denker en dichter Hermans. En aan de openhartige brieven van hem. Hermans mocht misschien soms een bullebak zijn, een ongevoelige hufter was hij zeker niet. Integendeel.
Marc Schoorl, ex-medewerker van De Groene Amsterdammer en de WFH-verzamelkrant, kent het oeuvre door en door en doet kleine ontdekkingen. Zoals een onbekende roman uit 1949 van een Franse debutante die Hermans mede inspireerde tot Au pair. En wist u al welke titel Hermans goed gejat heeft van Boris Vian?
‘De eerzucht van Hermans was monsterlijk, zijn wrok soms welhaast onmenselijk,
maar zijn pathetiek was juist weer heel menselijk.
Ik ken uit de hele wereldliteratuur geen verhaal dat zo’n ontluisterend zelfportret is als
Het grote medelijden. Het is schaamteloos, en beledigend indiscreet.
Helemaal Hermans en (on)gewoon eerlijk.’