Luchtig, vluchtig en zwijgzaam doch steeds aanwezig als aandachtige toeschouwers van hetgeen er onder hen gebeurt.
Ze bestaan in zeer uiteenlopende vormen, de vaste gezellen van zon, regen, stormen, bliksem
Nooit oordelend , nimmer vermoeid, altijd op post, dag en nacht.
Dragers van een voorbij glijdende schat aan steeds veranderende panoramas.
Als geschilderd met het ultieme penseel van de Grote Kunstena(a)r(es).
De kleine jongen glimlacht naar de wolken,
grassprietend, liggend op zijn rug
en hij voelt, daar boven vanuit die wolken
glundert het Alles naar hem terug.