Ricky zat vier krukken van hem vandaan een glas bier te drinken. Vincent bestudeerde de flessen die achter de bar stonden, deed alsof ie de etiketten bekeek. Hij voelde dat Ricky naar 'm zat te kijken. Toen Ricky van de kruk afgleed en naar achteren liep, naar de wc, vroeg Vincent de barkeeper: "Heb je misschien even een mesje voor me? Zo een waarmee je citroenen snijdt?" De barkeeper hield een gekarteld mesje op. "Ja. Mag ik 't even lenen? Je krijgt 't terug." De barkeeper zag Vincent met het mes weglopen en haalde zijn schouders op...
Vincent Mora, een doorgewinterde rechercheur uit Miami, identificeert in Atlantic City - het gokcentrum van de Oostkust - het lijk van zijn vriendin Iris. Van een flat gesprongen. Of geduwd?
Om daarachter te komen stort Vincent zich verbeten in het verloederde gokwereldje. Het levert hem niet alleen geldelijk gewin op, maar daarnaast nuttige contacten met een aantal interessante figuren. Zoals Linda, de beste nachtclubact van de stad; gokbaas Jackie Garbo, bijgenaamd 'Grote Bek' en niet te vergeten Teddy, een hardnekkig bajesklantje dat iets tegen Vincent heeft en dat laat merken ook.
Van Iris zeggen ze allemaal weinig te weten. Maar Vincent weet dat 'weinig' in de gokwereld een zeer betrekkelijk begrip is.