Asha Karami leerde in haar eerste zeven levensjaren vier talen, geen van alle beschouwt ze als haar moedertaal. Ze veranderde reeds drie keer van naam en ook haar geboortedatum is een complex verhaal. De onaffe mens en haar plek in onze op perfectie gerichte samenleving staat centraal in haar poëzie. In haar haast intuïtieve gedichten ontwricht en onthecht ze haar personages. Ze plaatst zonder hiërarchie existentiële thema’s naast alledaagse irritaties, op zoek naar de randen van betekenis. Godface is een gelaagde bundel waarin met rake beelden en verrassende montages telkens iets bezworen en/of aangeklaagd wordt. De toon is soms opstandig, soms vol wrange humor, maar geeft ook vaak blijk van grondige compassie.