Goed en kwaad, Marnix Gijssens eerste "Amerikaanse" roman, is een boek over de niet te slechten barrières die tussen mensen kunnen bestaan. Een kantoorbediende, Hugo Walters, heeft zich ontfermd over het lot van de aan drank verslaafde schilder Harry Talmadge, de onberekenbare, door het leven ontgoochelde. De botsing van hun tegengestelde karakters maakt dat de één de ander in zijn wezen aantast, dat de grenzen tussen goed en kwaad vervagen. Bestaan er eigenlijk wel duidelijke grenzen tussen goed en kwaad?