Berlijn, 1945 - voor een reportage over de topconferentie in Potsdam keert de ontgoochelde oorlogsverslaggever Jake Geismar terug naar de stad waar hij in 1941 door het nazi-bewind is uitgezet. Meteen gaat hij naar het huis waar zijn vroegere medewerkster Lena Brandt woonde met haar man, de briljante natuurkundige Emil. Lena is Geismars grote, maar verloren geachte liefde.
In de platgebombardeerde stad heerst een machtsvacuüm waarbinnen de spanningen tussen Russen en Amerikanen door de moord op een Amerikaanse soldaat hoog oplopen. Hoewel Jake zijn Lena terugvindt, laat de manier waarop pogingen worden gedaan de zaak van de vermoorde militair in de doofpot te stoppen hem niet los. Iedereen lijkt bij de zaak betrokken, inclusief de man van Lena. En dat levert Geismar verschillende vragen op: hoe is zijn geliefde de oorlog eigenlijk doorgekomen? Is elke Duitser per definitie fout?
Stukje bij beetje, diep gravend in het oorlogsverleden van de betrokkenen, haalt Geismar de waarheid boven water.