11 november 1918. Op Margrietjes zestiende verjaardag komt er een eind aan Wereldoorlog I. Het is een vreemde tijd: zomaar teruggaan naar vier jaar geleden gaat niet, en een nieuw evenwicht vinden lijkt ook al niet zo simpel als gedacht. Krijgsgevangenen en frontsoldaten keren druppelsgewijs terug. Eerst worden de teruggekeerde soldaten nog als helden onthaald, maar al gauw blijkt dat ze hooguit halve helden zijn, die nog vastzitten in hun herinneringen aan het front of de kampen. Voor de achterblijvers zijn zij het levende bewijs van wat ze zo graag willen vergeten. Margrietje staat erbij en kijkt ernaar. Zelf kijkt ze vol verwachting uit naar de thuiskomst van haar vader en vol vrees naar de terugkeer van haar broer Wannes. Voorzichtig durft ze zelfs de hoop toe te laten dat haar grote droom eindelijk een stapje dichterbij zal komen. Al ziet ze niet meteen hoe dat zou moeten gebeuren ...