In zeventien versjes neemt de auteur de kinderen mee op een speelse ontdekkingstocht naar het menselijk lichaam. Van de handen tot de voeten, van de haren tot het hart – elk lichaamsdeel komt tot leven in dit swingende boek. Handig voor thuis, op school, in de crèche, de buitenschoolse opvang en in de wachtkamer. Niet alleen goed voor de taalontwikkeling van jonge kinderen, maar ook voor hun motoriek!
Wiebel wiebel met je tenen.
Laat de hele wereld zien
dat ze dansen daar beneden.
Vijf en vijf is samen tien.
Wil je over hekjes kijken?
Of een slokje uit de kraan?
Maak je groter dan je bent,
ga maar op je tenen staan.