Het hartenbeest, een Zuid-Afrikaanse antilope, is in deze bundel de snelle boodschapper tussen de wereld van de doden en die van de nabestaanden. Hij brengt woorden, gedachten en gevoelens over. Voor de duur van het gedicht zijn de geliefden weer samen, de ouders bij hun kinderen. Zodra de taal verstomt wordt de scheiding opnieuw een feit. De overlevenden kunnen dan alleen nog troost vinden in afbeeldingen, de aanblik van de zee of het onherroepelijke verstrijken van de tijd.