Dyer wordt geboren in een klein dorpje in Devon, in het midden van de achttiende eeuw. Als enige van zijn familie overleeft hij een pokkenepidemie, waarna een kwakzalver zich over hem ontfermt om munt te slaan uit zijn unieke eigenschap. Bij hem en bij andere leermeesters doet Dyer de kennis op die hem in staat stelt om, na een turbulente reeks gebeurtenissen, uiteindelijk als briljant chirurg voor de tsarina in Sint Petersburg te verschijnen. Op weg naar Sint Petersburg ontmoet Dyer ten slotte een heksachtige vrouw, die zowel zijn redding als zijn ondergang zal blijken te zijn.
In zijn curieuze, intrigerende en schitterend vertelde roman schetst Andrew Miller een prachtig beeld van het Engeland van de achttiende eeuw en geeft hij een eerste proeve van zijn ongewone vertelkunst.
'ik hoop dat de vergelijking met Het Parfum hem bespaard blijft dit is een veel beter boek' Margaret Forster, Times Literary Supplement