In sommige opzichten lijkt Maarten een gewone jongen, die graag gaat zwemmen, geheime hutten bouwt en pannenkoeken erg lekker vindt. Toch is Maarten anders. Van buiten zie je dat niet. Hij heeft het gevoel dat hij de hele dag moet vechten tegen boosheid en angst. Eigenlijk vecht hij tegen zichzelf. Soms wint hij, maar dat merkt niemand. Ze merken het alleen als hij verliest, want dan wordt hij boos en doet onaardige dingen tegen zijn vrienden en zijn tweelingbroer Marijn. Maarten gaat naar de Riagg en hoopt dat ze hem daar kunnen vertellen waarom hij anders is en of het weer over kan gaan. Want als het niet over gaat, wat moet hij dan?