In zijn onvervalste stijl creëert Geert De Kockere een nieuw universum. Met een nieuwe mens die even herkenbaar is als irritant, even kinderachtig als volwassen.
Geert De Kockere schrijft in lagen over het leven en over de taal. Hij filosofeert over de mens en wat de mens onderscheidt van het dier. En wat bezielt de schepper? Hoever reikt zijn macht en hoe verhoudt de schepper zich tot zijn schepping en zijn schepsels? En tot Helena en Victor in het bijzonder?