Zeven jaar na zijn priesterwijding wordt Jan verliefd op Threes. `Jij bent even priesterlijk als ik, zegt hij tegen haar. Het is 1963 en ze kiezen, tegen alle geboden in, voor een gezamenlijk priesterschap en een geheime relatie. Jan en Threes werken als priesterarbeiders in de fabriek, huren hun eigen kerk, zetten zich in voor verschoppelingen. Ze wonen in een huis maar zwijgen over de precieze aard van hun verhouding. Wel protesteren ze openlijk tegen het verplichte celibaat. Het bisdom laat ze begaan, totdat ze 81 en 85 jaar oud zijn; dan wordt Jan uit zijn ambt gezet. Eindelijk voelen Jan en Threes zich vrij om te vertellen over hun liefde en hun leven. Een getuigenis die ook gaat over een kerk die steeds meer van de mensen vervreemdt. Esther Wittenberg tekende hun aangrijpende levensverhaal op.