Toen deze herinneringen in Amerika werden gepubliceerd gaven zij aanleiding tot felle discussies. Verontwaardiging was er over de nietsontziende eerlijkheid waarmee zij intieme details weergaf, bewondering voor haar oprechtheid en omzien-zonder-wrok.
Tegenwoordig laten deze herinneringen zich in de rancuneloze maar wel ironische toets lezen als de satirische inventarisatie van een tijdperk dat al tientallen jaren achter ons lijkt te liggen. Maar een roomse jeugd met alle daaraan verbonden ballast en beklemming, poëzie en romantiek, ligt voor velen, ook in ons land, nog heel wat dichterbij dan men zou denken.