De doodzieke filosoof Ludwig Wittgenstein (1889-1951) logeert in het huis van Dr. Bevan in Cambridge, waar hij ook zal overlijden. Hij verkeert daar in het gezelschap van mevrouw Joan Bevan, die hem verzorgt en met wie hij praat over zijn leven, zijn werk, zijn ontgoochelingen. De confrontatie tussen de geniale filosoof en deze 'gewone' huisvrouw, die geen enkele wijsgerige achtergrond heeft, levert onverwacht boeiende gespreksstof op. Wittgenstein heeft ook nog enkele duistere geheimen die hij tot op dat moment zorgvuldig verborgen heeft gehouden, maar die hij graag wil opbiechten vooraleer hij sterft... Het verhaal is gebaseerd op historisch feitenmateriaal, dat evenwel vrij in tijd en ruimte werd geïnterpreteerd. Koen Vermeiren werd Doctor in de Letteren en Wijsbegeerte met een proefschrift over de literatuur van Willem Frederik Hermans en de filosofie van Ludwig Wittgenstein (Universiteit Antwerpen, 1984) en publiceerde daarover een boek en talrijke essays.