Broeder Edik vindt een mysterieus meisje in de stal van zijn klooster. Ze heeft koorts, is bedekt met vuil en bloed en klampt zich vast aan het oor van Answelica, de koppige geit.
Beatrice heeft een geheim dat haar in gevaar brengt. Ze moet in een donker bos op zoek naar het kasteel van een koning die haar dood wenst.
Maar als ze de weg kwijtraakt, weet Beatrice dat zij die van haar houden nooit zullen opgeven haar te zoeken. En dat is alles wat ze moet weten.