Aanvankelijk wordt er op grote schaal gezocht en staan de kranten en nieuwssites en -programma's bol van het verhaal over het verdwenen schip. Maar naarmate de tijd verstrijkt, wordt ervan uitgegaan dat het schip als verloren moet worden beschouwd en dat niemand het heeft overleefd. Op veel plaatsen worden er rouwdiensten gehouden ter nagedachtenis van familie, vrienden en collega's.
Intussen dobberen op de Stille Oceaan twaalf sloepen met mensen die de ramp hebben overleefd. Met een flinke dosis geluk en dankzij bijzonder goed weer slagen ze er in een eiland te bereiken.
Het eiland blijkt onbewoond te zijn, maar kan hen wel van voedsel voorzien. Met vereende krachten bouwen ze daar in de loop van de tijd hun eigen maatschappij op, met hun eigen regels, hun eigen verbintenissen en hun eigen mogelijkheden en kansen. Sommigen blijven aan thuis denken en wagen een poging om weer in de bewoonde wereld te komen. Maar de meesten gaan van het leven op het eiland genieten. En omdat bij iedereen een beroep wordt gedaan op zijn of haar specifieke vaardigheden, komt iedereen heel goed tot zijn recht. Er ontstaan liefdes, baby's komen ter wereld, mensen overlijden en natuurlijk doen zich ook natuurrampen voor en ontstaan er ruzies. Maar dat lossen ze met elkaar op.
De schrijver is erin geslaagd deze bijzondere leefgemeenschap op uitermate boeiende, spannende en overtuigende wijze neer te zetten. Een aansprekend boek over een paradijselijke wereld.