In de vroege zomer van 1999 staat de familie Vilderink op het punt om te vertrekken naar het Tsjechische Zamberk voor de jaarlijkse uitwisseling van de tennisclub. Vader Peter, die ooit een setje van de beroemde Tom Okker wist te winnen, hoopt daar bevestigd te zien dat zijn jongste zoon Timmie over het talent en het doorzettingsvermogen beschikt waar het zijn andere twee kinderen aan ontbreekt. Puberdochter Leonie tennist alleen nog met tegenzin. Ze is vooral bezig met het ontdekken van haar seksualiteit en heeft als ontluikende kunstenaar haar zinnen gezet op Berlijn. Oudste zoon Alex heeft het tennis al lang geleden opgegeven. De druk werd hem te hoog. Hij reist per fiets naar Zamberk, maar niet alleen omdat hij geen zin heeft om meer dan duizend kilometer met zijn familie in een busje te zitten. Het huwelijk van zijn ouders vertoont al enige tijd barstjes, zeker nadat moeder Janine na een ontslag thuis kwam te zitten, terwijl Peters carrière juist een vlucht nam toen hij conrector van een middelbare school werd. De kinderen lijken het enige wat hen nog bindt. Met het naderende onheil van de millenniumwisseling in het verschiet zoeken alle familieleden onderweg naar Zamberk naar een mogelijkheid om hun leven een radicale wending te geven.