De jonge, hoogopgeleide Laxmi, even mooi als ambitieus, wordt door haar dorpsgenoten op het Indiase platteland hoogst argwanend bekeken. Na de zelfmoord van haar vader rest haar niets anders dan te trouwen met Ramu, een arme geitenhoeder. Dit gearrangeerde huwelijk lijkt het einde van Laxmis dromen. Ook in Ramus geïsoleerde dorp Nandgaon wordt ze genegeerd en gewantrouwd. Tot het echtpaar opeens een onverwacht geluk ten deel valt: een geschenk van de godin. Laxmi besluit al haar buren mee te laten profi teren. Dit tot groot ongenoegen van het jaloerse dorpshoofd.
Wanneer de moesson aanbreekt loopt Nandgaon plotseling groot gevaar. Van de vele bijzondere boeken van Indiase auteurs mag deze roman met recht het juweel in de kroon worden genoemd. Met ironie en humor wordt het onderliggende thema beschreven: de impact van de westerse modernisering op de traditionele sociale structuren in India.
