In 1992 debuteerde Paul Claes als romancier met 'Het laatste boek'. Het was het eerste van een veelkleurige reeks levensverhalen, telkens in een andere historische setting. Zo is 'De Sater' en antieke schelmenroman, 'De Zoon van de Panter' en apocrief evangelie, 'De Phoenix' een detective in de renaissance en 'De kameleon' een libertijnse roman uit de rococo. Na tien jaar sluit Paul Claes deze cycles af met een originele autobiografie: 'Het hart van de Schorpioen'. Uit herinneringen, fragmenten, snapshots, aforismen rijst het kaleidoscopisch beeld van een schrijversleven op.
In het begin staat een gemis: het zwijgen van een kind. Daarna komt de meester die de leerling het woord geeft. Daarmee gaat de opgroeiende jongen op zoek naar de letter. Als de jonge volwassene die gevonde heeft, volgt de erkenning door de ander. Zo krijgt het leven voor de terugblikkende schrijver langzamerhand een zin.
'Het hart van de Schorpioen' is het persoonlijke relaas van een waarachtig schrijver die nu eindelijk de speler achter het spel laat zien.
In het begin staat een gemis: het zwijgen van een kind. Daarna komt de meester die de leerling het woord geeft. Daarmee gaat de opgroeiende jongen op zoek naar de letter. Als de jonge volwassene die gevonde heeft, volgt de erkenning door de ander. Zo krijgt het leven voor de terugblikkende schrijver langzamerhand een zin.
'Het hart van de Schorpioen' is het persoonlijke relaas van een waarachtig schrijver die nu eindelijk de speler achter het spel laat zien.