De Hongaarse Eva komt in 1957 als pleegkind naar Bloemendaal. Omdat haar Joodse ouders zwaar geleden hebben onder de Holocaust, is zij belast met het 'tweede generatie trauma'. Mede door de verwijdering van haar ouderlijk huis groeit haar bindingsangst, die botst met de verlatingsangst van de twee jaar jongere vertelster, die enig kind was in het pleeggezin.
Eva komt in een loyaliteitsconflict, raakt aan de drugs en maakt zich uiteindelijk los van iedereen.
Het verhaal laat zien hoe de twee meisjes per hoofdstuk beurtelings terugkijken op hun gedeelde jeugd. De gebeurtenissen spelen zich af in Nederland en Hongarije tijdens de jaren '50 en '60.
Eva komt in een loyaliteitsconflict, raakt aan de drugs en maakt zich uiteindelijk los van iedereen.
Het verhaal laat zien hoe de twee meisjes per hoofdstuk beurtelings terugkijken op hun gedeelde jeugd. De gebeurtenissen spelen zich af in Nederland en Hongarije tijdens de jaren '50 en '60.