De dood van een kind verstoort onze kijk op het leven veel ernstiger dan die van een volwassene, want kinderen 'horen' niet te sterven. Wat in dit documentaire verhaal over kinderen en de dood centraal staat, zijn de gevoelens en gedachten van kinderen en volwassenen die op het scherp van de snee leven. Hierbij komen thema's en ervaringen aan bod die in de literatuur over dit onderwerp tot nu toe verwaarloosd zijn. Het gaat over het leven met een doodziek kind, over het moederinstinct en de noodzaak om een kind los te laten, over doodsangst en doodsverlangen, over afscheid nemen en zelf het moment van sterven kiezen, over kinderen die 'terugkomen' na hun dood, over puinruimen na een overlijden. Het gaat over verdriet en onmacht, maar ook over hoe mensen - wij allemaal - het leven in al zijn intensiteit en schoonheid vaak pas ontdekken in tijden van grote nood. De kinderen in dit boek zijn geen zielenpootjes, of mini-helden die hun lot o zo moedig dragen. Zeker, er zijn schatjes bij, moedige en wijze kinderen. Maar ook echte pestkinderen die je eens flink door elkaar zou willen schudden, kinderen die je als ouder soms naar de maan kunt wensen. Kortom: gewone kinderen die iets ongewoons doormaken.
Het kleine sterven is de neerslag van jarenlange ervaring en intensief contact met zieke en stervende kinderen.