In Het onmetelijke mausoleum, het laatste deel van de indrukwekkende Orbitor-trilogie, beschrijft Cartarescu de grote veranderingen die tijdens de revolutie in Roemenië plaatsvonden. Op de straten van de besneeuwde en bevroren stad voltrekken zich tumultueuze scènes en in de woning van de verteller staat dag in, dag uit de televisie aan. Maar terwijl buiten geschiedenis wordt geschreven, duikt hij in het verleden van
zijn voorvaderen. Zo ontstaat een caleidoscopisch en versplinterd beeld van het leven in het twintigste-eeuwse Oost-Europa, meesterlijk beschreven door een auteur die al is vergeleken met Borges, Kafka, Proust en Joyce.