Deventer was in de middeleeuwen de tweede residentie van de bisschop van Utrecht met een proost als zijn plaatsvervanger. Rond 1130 liet deze proost ten oosten van de Lebuinuskerk een indrukwekkende residentie bouwen. Het gebouw nam een voorname plaats in binnen het kerkelijk rechtsgebied en was toen een belangrijk onderdeel van de huidige binnenstad. De hoge kerkelijke status van Deventer trok handel aan en er ontstond behoefte aan onderwijs. Het is het begin van een rode draad door de verdere geschiedenis van Deventer. De restauratie van Sandrasteeg 8, in 1992 onder begeleiding van restauratie-architect Johans Kreek, bracht veel nieuwe informatie naar boven. Tot en met de tweede verdieping staan nog substantiƫle gedeelten uit de vroegste bouwperiode van het pand overeind. Daarmee is de proosdij het oudste nog bestaande en bewoonde stenen huis in Nederland.
In Het oudste huis van Nederland wordt de bouwhistorie in de bredere context van de algemene geschiedenis van Deventer geplaatst. De bewoningsgeschiedenis, tot en met het gebruik van Stromarkt 19 als deel van de nieuwe Bibliotheek Deventer, vormt het verbindend element. De beknopte biografieƫn van de vele interessante bewoners geven een bijzondere kleur aan dit boek.