Engeland - zomer 1143. Broeder Cadfael, de nijvere monnik uit Shrewsbury, heeft tot taak de kruidentuin van het klooster te verzorgen. In zijn vrije tijd is hij amateurdetective. Er wordt dan ook vaak een beroep gedaan op zijn speurzin. Ook nu weer … Aan het begin van de zomer wordt de abdij bezocht door twee gasten. De eerste is Gerbert, een belangrijke geestelijke uit Canterbury; de tweede is de pelgrim William van Lythwood, maar die arriveert in een doodskist, gedragen door zijn trouwe knechtje Elave. De jongen wil graag dat zijn meester in de abdijtuin wordt begraven, maar Gerbert acht de levenswijze van de overledene daar niet vroom genoeg voor. In het grimmige conflict dat hierover ontstaat, speelt Elave ongewild de hoofdrol. Pas wanneer er een dode valt, begeeft Cadfael zich op het strijdtoneel.