Jung beschrijft hoe hij zich overgeeft aan een diepgaand innerlijk proces, waarbij hij uiteindelijk zijn eigen ziel ‘hervindt’. En hoe hij werd ingewijd in de geheimen van de menselijke psyche. Alle dromen, ervaringen en inzichten noteerde hij nauwgezet. Zijn aantekeningen werden een procesverslag dat uiteindelijk resulteerde in het Rode Boek.
Na 1920 begon hij zijn crisis-ervaringen wetenschappelijk te onderbouwen en creëerde hij het fundament van wat hij later het ‘individuatieproces’ ging noemen. Het Rode Boek kan als kraamkamer gezien worden van zijn latere wetenschappelijke werk. Vertaler Hans Huisman heeft met de vertaling van het Rode Boek in het Nederlands monnikenwerk verricht. Zijn vertaling wordt door kenners geprezen als authentiek en gedegen.