Een stuwmeer dat volloopt, slokt het landschap op, en daarmee het verleden van wie er gewoond heeft. Willem van Toorns grote gedicht 'Het stuwmeer' geeft de ontmoeting weer met iemand aan wie die catastrofe zich voltrekt. Er ontwikkelen zich twee gedachtelijnen, die elkaar en het gedicht in evenwicht lijken te houden: aan de ene kant het bange vermoeden dat ons verleden ook zonder stuwmeer in het niet zal verzinken, en aan de andere kant de mogelijkheid om het al bijna verzonkene om te vormen tot iets moois, tot iets van misschien wel blijvende waarde. Per slot van rekening komen de twee lijnen bij elkaar: het stuwmeer bedekt het verleden; 'Het stuwmeer' houdt het in ere.........