`In winters rond 2005 had ik met enige regelmaat een klapekster gezien, schrijft Koos van Zomeren. `In latere winters zag ik klapeksters steeds spaarzamer; dit klopte met de landelijke trend: steeds minder overwinterende klapeksters. En daar begint dit boek mee: een proefwinter om te zien of het wel zin had om naar klapeksters te gaan uitkijken. De schrijver, zijn hond en hun dagelijkse wandelingen op de Veluwezoom. Eerst heeft dat Het verlangen naar hazelworm opgeleverd. Nu dan Het verlangen naar klapekster. De zomer is ingewisseld voor de winter, de bedeesdheid van de hazelworm voor de brutaliteit van de klapekster. Er is, zeker op onze zandgronden, vrijwel geen vogelaar die deze vogel niet tot zijn favorieten rekent. De klapekster is in zijn soort net als een borderterriër - klein beest, grote persoonlijkheid.