Soms is het nodig uit te leggen hoe de dingen werkelijk in elkaar zitten, omdat er anders verwarring ontstaat. Eenvoudig is dat niet, en het is de taak van de dichter om het zo precies mogelijk te doen. Hij moet in duidelijke, niet te zweverige taal en eventueel met inspraak van de lezer bespreken hoe het met zijn en met andermans leven, met de wereld, met de natuur, met de vrouwen, met de wetenschap, met het verleden en de toekomst gesteld is. Er is namelijk, beseft men onvermijdelijk, maar één werkelijkheid, die begrepen moet worden.