Als jonge vrouw beleeft Lin Hokwerda in Amsterdam een aantal liefdesrelaties. In één ervan, met Henri, kruipen langzaam de wrede trekken van de verhouding met haar vader. Daarna leert ze Jelmer kennen, met wie ze een veel evenwichtiger verhouding krijgt, maar haar donkere zijde blijkt hardnekkig en begint langzaam weer boven te komen...
Verschijnt tegelijk met De wonderen van de heilbot, Oek de Jong’s dagboek vol verhalen overpeinzingen én de ontstaansgeschiedenis van Hokwerda’s kind.