Stel je dit eens voor: een bos.
Diep en donker. Geen flardje licht dringt tot de bodem door.
En zelfs geen geluid … Alleen, af en toe, een
‘Ooh!’
of een
‘Aah!’
uit snaveltjes en snuiten van dieren die op een afstandje staan te kijken,
vol bewondering,
voor die ene boom die heel dat bos in de schaduw zet.
‘Wel heb je van zijn leven …’
‘Zoiets groots?’
‘Nog nooit.’
Boom is de allergrootste. Zijn kruin is de kroon op het bos. Van de bladsnijdermiertjes tot de olifant: alle dieren bewonderen hem mateloos – in het bijzonder Booms lievelingstak. Maar tijdens een storm slaat het noodlot toe: in Booms kruin zit een knik en één tak ligt op de grond. Precies die ene. Wat is Booms leven zonder lievelingstak?
Een ontroerend, humoristisch en hoopvol verhaal over zorgen en ombuigen – en over Boom met zijn hart van hout.
