`Eerst kende ik Wim, en nu ken ik Wim en Adri, zegt Martje. `Dat is twee keer zoveel mensen.
`Ik ken twee mensen en eerst niemand. Hoeveel keer zoveel is dat? vraagt Adri.
Martje kijkt naar Wim maar die weet het ook niet. Hoeveel keer nul is twee? Adri grijnst.
`Ik denk dat wij nu vrienden zijn, zegt Wim.
En zo is het. De drie vrienden komen altijd bij elkaar onder de brug. En altijd hebben ze iets te doen. Iets uit het water halen, iets laten drijven, iets bouwen. Alle dagen is het anders, maar nooit is het niks!
`Ik ken twee mensen en eerst niemand. Hoeveel keer zoveel is dat? vraagt Adri.
Martje kijkt naar Wim maar die weet het ook niet. Hoeveel keer nul is twee? Adri grijnst.
`Ik denk dat wij nu vrienden zijn, zegt Wim.
En zo is het. De drie vrienden komen altijd bij elkaar onder de brug. En altijd hebben ze iets te doen. Iets uit het water halen, iets laten drijven, iets bouwen. Alle dagen is het anders, maar nooit is het niks!