Als zijn vader op de golfbaan in elkaar zakt, komt Skip halsoverkop terug van Curaçao naar Nederland om de zorg voor deze woordeloze, verlamde man op zich te nemen. Logerend in het ouderlijk huis is er voor Skip geen ontkomen aan vroeger, aan de tijd dat er een meisje in huis kwam dat alles op zijn kop zette, het meisje dat hem zijn bijnaam gaf. Waar is ze nu? En wat heeft zich vlak voor haar verdwijning precies afgespeeld op de Veronesestraat? Met zijn zelfverzekerde proza loodst Martijn Simons je zijn romanwereld binnen – een wereld waaruit het moeilijk ontsnappen is.