Het verhaal van Ik heet Karmozijn speelt zich gedurende twaalf winterse dagen in het Istanbul van 1591 af. Als haar man na vier jaar nog steeds niet is teruggekeerd uit de oorlog, gaat de mooie Seküre, moeder van twee zonen, op zoek naar een nieuwe echtgenoot. De vader van Seküre heeft een geheime opdracht gekregen van de Osmaanse sultan. Eén voor één ontbiedt hij hofminiatuurschilders bij zich. Deze meesterschilders werken samen aan een boek voor de sultan, onder supervisie van Seküres vader. Ze maken hiervoor tekeningen in een westerse stijl. Het is een uiterst controversiële opdracht, die indruist tegen de heersende opvattingen. Wanneer een van de schilders vermoord wordt, vraagt Seküres vader zijn neef Kara om hulp. Seküre en Kara waren als kinderen verliefd op elkaar, en nu krijgt deze liefde een kans om weer op te bloeien.
'Na twaalf jaar kwam ik Istanbul, de stad waar ik geboren en geto¬gen ben, binnen als een slaapwandelaar. Over stervenden zeggen ze wel dat het aardse leven trekt, maar mij trok de dood. Toen ik terugkwam in de stad dacht ik aanvankelijk dat er behalve de dood niets te vinden was; later liep ik er ook de liefde tegen het lijf.'