Inferno is ongetwijfeld een van de meest persoonlijke egodocumenten uit de wereldliteratuur. Het boek doet indringend verslag van de 'Infernocrisis' die de vermaarde Zweedse schrijver August Strindberg (1849-1912) in Parijs doormaakte.
Nadat Strindberg zijn tweede vrouw verlaten heeft, verdiept hij zich als amateur-chemicus in allerlei obscure alchemistische experimenten, waarvoor hij in wetenschappelijke kringen maar weinig begrip en erkenning krijgt. Op onnavolgbare wijze verhaalt hij, al dan niet onder invloed van absint, van zijn zwerftochten door Parijs en zijn ontmoetingen met de meest kleurrijke personages.
In Strindbergs schizofreen aandoende visioenen, de beschrijvingen van zijn euforische gedrevenheid en zijn hysterie worden de grenzen tussen genialiteit en waanzin opgeheven.
Nadat Strindberg zijn tweede vrouw verlaten heeft, verdiept hij zich als amateur-chemicus in allerlei obscure alchemistische experimenten, waarvoor hij in wetenschappelijke kringen maar weinig begrip en erkenning krijgt. Op onnavolgbare wijze verhaalt hij, al dan niet onder invloed van absint, van zijn zwerftochten door Parijs en zijn ontmoetingen met de meest kleurrijke personages.
In Strindbergs schizofreen aandoende visioenen, de beschrijvingen van zijn euforische gedrevenheid en zijn hysterie worden de grenzen tussen genialiteit en waanzin opgeheven.