Het Mesolithicum is een lastige, soms ongrijpbare tijd om te onderzoeken. De nomadische jagers lieten relatief weinig sporen in de bodem achter en bijna al het organische materiaal, zoals hun houten speren, graafstokken en de resten van de mensen zelf, zijn in de vele duizenden jaren die ons van hen scheiden, volkomen vergaan. In Drenthe vinden we van deze oermensen nagenoeg alleen hun vuurstenen werktuigen en de bewerkingsresten daarvan. Die kunnen ons veel vertellen, maar lang niet alles. Heel soms vinden we toch meer, zoals de restanten van hun haardvuren en zelfs een complete boomstamkano die ergens rond 8000 v.Chr. in de buurt van het huidige dorp Pesse werd achtergelaten; nog altijd het oudste vaartuig ter wereld.
Door al het beschikbare materiaal uit Drenthe nauwkeurig te bestuderen en te combineren met informatie uit andere, vergelijkbare gebieden, krijgen we de laatste jaren steeds meer zicht op het leven van deze mysterieuze mensen uit het Mesolithicum. In het boek Jager-verzamelaars in uitgestrekte oerbossen vertellen we dit boeiende en vaak spannende verhaal.