In Jagersmaan eist Victor Vanheule, grootvader en geweldenaar uit De verzonken jongen, en de afstandelijke vriend en redder van David Verbocht uit Meester Mitraillette, zijn verhaal op. Door de schande en de onmogelijke liefde voor zijn zus moet hij Elverdinge verlaten. Hij neemt de boot naar Amerika, maar spoelt aan in Ierland. Het is 1922: burgeroorlog en een versplinterd Ierse Republikeinse Broederschap. In zijn poging een nieuw leven te beginnen, wordt Victor opnieuw dwarsgezeten. Maar hij kent er ook genegenheid en sluit een innige vriendschap met een tienjarig weesmeisje. Tussen hen ontstaat een broze band die in stand gehouden wordt door een verbeten vertrouwen in hun redding.