Jas van belofte is een ode aan een vriendschap, aan een vader, aan het schrijven. Als Arthur met hoge snelheid per ambulance naar het ziekenhuis wordt gebracht, is hij er zeker van dat hij bezig is het leven te verlaten. Al bijna vanaf de andere zijde overziet hij wat hij achterlaat, en vraagt zich af of het genoeg is. Het waren zijn vrienden Edwin en Loetje die destijds aanvoelden dat hij een verhaal in zich droeg dat verteld moest worden, maar ze wisten ook dat het een welhaast onmogelijke opdracht zou zijn dit daadwerkelijk uit te voeren. Edwin bezwoer Arthur: 'Je mag nooit meer tevreden zijn over jezelf, zolang de zoektocht van de jongen niet op de meest volmaakte wijze is verteld.'
Jan Siebelink (1938) werd geboren in Velp, waar zijn vader een kleine bloemisterij had. Naast zijn baan als onderwijzer studeerde hij in zijn vrije tijd Franse taal- en letterkunde. In 2005 brak Siebelink bij het grote publiek door met zijn roman Knielen op een bed violen, geïnspireerd op zijn jeugdjaren in Velp. Er werden 600.000 exemplaren van het boek verkocht en het werd beloond met de AKO Literatuurprijs en nominaties voor de Libris Literatuurprijs en de NS Publieksprijs. In het najaar van 2015 verscheen de roman Margje, waarin Siebelink terugkeert naar het gezin uit Knielen op een bed violen. In 2017 bracht hij zijn meest recente roman, De buurjongen, uit. Ter gelegenheid van Siebelinks tachtigste verjaardag verscheen er in februari 2018 een schitterende ode aan de ziel van zijn schrijverschap, De bloemen van Jan Siebelink.