Het werk van Johan Andreas dèr Mouw (1863-1919) kent sinds jaar en dag een trouwe schare bewonderaars. Het hogere nastreven maar het dagelijkse er niet om laten - beroemd in de zinnen: 'Ik ben Brahman. Maar we zitten zonder meid' - is blijkbaar van alle tijden. Voor Marjoleine de Vos is de manier waarop Dèr Mouw het verlangen naar het hogere in het bestaan nergens 'soft' maar juist zo aards maakt, aantrekkelijk. Zij kiest daarom voor de lichte, vertellende kant van deze dichter.
Kent iemand dat gevoel: 't is geen verdriet,
't is geen geluk, geen menging van die beiden;
't hangt over je, om je, als wolken over heiden,
stil, hoog, licht, ernstig; ze bewegen niet.
Je voelt je kind en oud; je denken ziet
door alles, wat scheen je van God te scheiden.
't Is, of een punt tot cirkel gaat verwijden;
't is, of een cirkel punt wordt en verschiet.
Je denkt: Nooit was het anders; tot mijn Wezen
ben 'k al zo lang van sterflijkheid genezen.
Je weet: Niets kan mij deren; ik ben Hij.
Tot zekerheid je twijfel opgeheven,
zo hang je als eeuwig boven je eigen leven:
je bent de wolken en je bent de hei.
* * *
Marjoleine de Vos is dichter en columnist. Haar jongste poëziebundel is Het waait (2008).