Dit boekje bevat jeugdherinneringen van J.J. Voskuil (1926–2008): dikwijls hilarisch opgeschreven en altijd helder en doeltreffend geformuleerd. Voor wie de grote werken Het Bureau en Bij nader inzien eerder niet aandurfde, is het een betrouwbare kennismaking. Want: succes verzekerd. 'Mijn socialistische jeugd’, dat de hoofdmoot vormt, is in de eerste plaats een even scherp als ontroerend portret van Voskuils vader. In de oorlogsjaren, Voskuil was 15 of 16 jaar oud, registreerde hij voor het eerst diens kwetsbaarheid: ‘Hij verloor zijn gezag niet, maar hij kwam dichterbij en het gevoel dat hij mij beschermde, maakte geleidelijk plaats voor het gevoel dat hijzelf evengoed beschermd moet worden.’ Er is een passage waarin zijn vader, met hulp van de buren, de meidoorn uit de voortuin omzaagt. Die passage vergeet je niet meer, zo mooi beschrijft Voskuil een vader die buiten de huiskamer niet zo sterk blijkt als zijn zoon zich hem voorstelt. Het niet eerder in boekvorm verschenen verhaal ‘Alleen op de wereld’ sluit dit boekej af. Niet eerder gepubliceerde foto's maken Jeugdherinneringen tot een must voor liefhebbers van J.J. Voskuil en zijn werk.