Johannas kortstondige, stormachtige huwelijk met kunsthandelaar Theo van Gogh betekent een leven in Parijs met vooruitstrevende kunstenaars:
Monet, Manet, Pissarro, Gauguin. Maar het betekent vooral een leven met Theos broer: de bezeten en jaloerse schilder Vincent, die een zware wissel trekt op haar huwelijk. Theo vindt Vincents schilderkunst geniaal een opvatting die in die tijd nauwelijks wordt gedeeld en steunt hem in alles.
Als Theo in 1891 sterft, een half jaar na de dood van Vincent, staat
Johanna er alleen voor met haar baby. Noodgedwongen maar vastberaden keert ze terug naar Nederland met in haar bagage alle schilderijen van haar zwager. Ze zal het levenswerk van haar grote liefde Theo voortzetten: ze gaat Vincent van Gogh beroemd maken. Met grote inzet vecht ze voor erkenning van zijn werk. Het is een eerbetoon aan de kunst, maar diep in haar hart vooral aan haar man, wiens missie ze wil voltooien.