Als de jongens - de verteller en zijn vriend Johannes - zes jaar zij, worden ze beiden uit hun respectievelijke huis gehaald en teruggebracht naar de 'echte' families., Het tweede deel van het trauma houdt verband met een ander misplaatst kind, een meisje dat zwanger raakt en als gevolg daarvan door haar pleeggezin wordt weggestuurd. Ze bevalt in een plee buiten tijdens een strenge winter, in het bijzijn van de dan nog jonge verteller. Zowel de moeder als de baby sterft, en de baby wordt in kranten gewikkeld en in de rivier gegooid.