Kareltje heeft de pest in en wil in zijn bed blijven. Maar mama weet met welk ontbijt ze dat ochtendhumeur te lijf moet. Kareltje wil geen dikke kriebeltrui aan, en onhandige wanten over zijn vingers. Totdat mama dan maar zuchtend besluit die grote sneeuwmannenneus in de hutspot te gooien. Kareltje weet oma ervan te overtuigen dat er niet alleen voor zondagen taart gebakken hoeft te worden. Ook op donderdag kan taart absoluut nodig zijn... Kareltje plast in zijn broek - terwijl hij zo beloofd had mama te waarschuwen als hij nodig moest. Kareltje vraagt zijn vader de oren van het hoofd.
Zo blijven alle verhalen dichtbij huis: bij papa en mama, oma, Pinguïn, Teddy en Hond. Berner weet met warmte en humor de wereld van alledag in een paar woorden te vangen. En daarnaast zet ze dan, summum van luxe, zo'n mooie kleurrijke tekening vol leuke details.
Verveling
`Ik verveel me zo,' zegt Kareltje tegen mama. `Wat moet ik nou eens doen?'
`We kunnen het verveel-spel gaan doen,' zegt mama.
`Het verveel-spel?' vraagt Kareltje.
`Bij het verveel-spel mag je niet praten. Je gaat op je liefste plekje zitten en doet je ogen dicht. En dan denk je aan wat je het leukst vindt,' zegt mama.
`Hm,' zegt Kareltje en hij gaat op papa's stoel met het rode kussen zitten.
Mama gaat in de groene stoel zitten. Dan doen ze allebei hun ogen stijf dicht. Kareltjes oogleden knipperen.
Hij denkt aan zijn trein en aan zijn pluchen beesten en aan zijn mooie nieuwe schetsblok en de dikke waskrijtjes die zo lekker ruiken.
Hij doet zijn ogen open en rent naar zijn kamer. Op het grote schetsblok tekent hij eerst een locomotief met een pinguïn en dan nog een teddybeer en een hond.
Mama maakt ook een tekening.
`Hé, dat ben ik,' zegt Kareltje.
`Ja,' zegt mama. `En je mag driemaal raden waarom.'