De benedictijner abt wandelt langs beelden waarin het mysterie van de menswording dat aan het kerstfeest ten grondslag ligt wordt uitgedrukt. Het zijn beelden die niet alleen het verstand aanspreken; ze raken ook het hart. In de beelden uit de advents- en kersttijd - de geboorte, de stal, de herders, de engelen, de kerstboom, de onschuld van kinderen - wordt een verlangen uitgedrukt naar een nieuw begin, naar een vreedzaam samenzijn met elkaar. Grün bespreekt in zijn boek vijftig van deze beelden. Hij plaatst ze in het evangelie en in hun tijd, maar belicht ze vooral vanuit ons eigen leven.