Sommige pedagogen schreven niet alleen óver maar ook vóór kinderen. In dit boekje schrijft Janneke de Jong-Slagman over vier bekende pedagogen.
Aan bod komen Cornelis Elisa van Koetsveld, Célestin Freinet, Theo Thijssen en Janusz Korczak – en hun jeugdliteratuur. Hoe keken zij naar het kind? Hoe zagen zij hun lezers? Werkt hun pedagogische gedachtegoed door in hun verhalen? Wat betekent dat voor de kwaliteit ervan?
Naast informatie over de pedagogen bevat het boekje primaire teksten uit hun jeugdliteratuur. Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen, die kunnen docenten samen of met hun leerlingen bespreken.
Het boek is bedoeld voor docenten uit de onderbouw van het voorgezet onderwijs, maar kan ook gebruikt worden door groepsleerkrachten uit de bovenbouw van het basisonderwijs. En natuurlijk is het geschikt voor iedereen die geïnteresseerd is in jeugdliteratuur.
Aan bod komen Cornelis Elisa van Koetsveld, Célestin Freinet, Theo Thijssen en Janusz Korczak – en hun jeugdliteratuur. Hoe keken zij naar het kind? Hoe zagen zij hun lezers? Werkt hun pedagogische gedachtegoed door in hun verhalen? Wat betekent dat voor de kwaliteit ervan?
Naast informatie over de pedagogen bevat het boekje primaire teksten uit hun jeugdliteratuur. Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen, die kunnen docenten samen of met hun leerlingen bespreken.
Het boek is bedoeld voor docenten uit de onderbouw van het voorgezet onderwijs, maar kan ook gebruikt worden door groepsleerkrachten uit de bovenbouw van het basisonderwijs. En natuurlijk is het geschikt voor iedereen die geïnteresseerd is in jeugdliteratuur.