In 'Koerikoeloem' toont Tjitske Jansen de condition humaine aan de hand van haar persoonlijke geschiedenis. In liefdevolle observaties laat ze het verleden botsen op het heden, schakelt ze moeiteloos tussen anti-aanbakpan en God, en mixt ze de realiteit met sprookjesfiguren.
`Je stapt in haar boek als in zo'n wagentje in een attractiepark. Iemand haalt een hendel over en je drukt op een knop, en daar schiet je als lezer over een enkel spoorbaantje het donker in en krijg je een ritje door het leven van Tjitske Jansen.' Volkskrant magazine
`Geen weemoed, maar realisme dat ontroering en humor oplevert.' De Morgen
Over haar debuut Het moest maar eens gaan sneeuwen (2003):
`De treffende eenvoud en heldere taal veroveren je.' Poëziekrant
`Je stapt in haar boek als in zo'n wagentje in een attractiepark. Iemand haalt een hendel over en je drukt op een knop, en daar schiet je als lezer over een enkel spoorbaantje het donker in en krijg je een ritje door het leven van Tjitske Jansen.' Volkskrant magazine
`Geen weemoed, maar realisme dat ontroering en humor oplevert.' De Morgen
Over haar debuut Het moest maar eens gaan sneeuwen (2003):
`De treffende eenvoud en heldere taal veroveren je.' Poëziekrant